Mistero Buffo

Teksten en bij elk lied een link naar de audio die verder op de
achtergrond beluisterd kan worden terwijl men de tekst leest.
Langs plaat en Disque kan men naar plaatsversies met telkens
de volledige A en B kant in het Nederlands en ook in het Frans

Beluister de gehele opvoering (44'22")

Inhoud

  1. Den eerste op de wereld
      'k Gaf kontent
      Do kinneke do
  2. 's Morgens vroeg gaan d'handen uit de mouwen
      Op de bevruchte velden
  3. Mathijs roep op Theresa
  4. Wie gaat er mee aan 't werk
  5. Ik werk in de groeve
  6. Hier zit ik in De weverij
  7. Waar bleeft ge gisteravond mijn kind
  8. Margrietje
  9. Die Mei
      Uw schoonste kleren
10. Zevenhonderd kettingen
      Waar zijn de witte lakens
      Olijven vallen
11. Stalen boor
12. Hier zijn we weer tesamen
      Laat ons dansen
13. Oorlogslied
14. Beverlo
15. Jonge meisjes
16. Zoon, adem van mij
17. De dag van 't oordeel
      Dan komt een koning
      Denk je nog aan de verkiezingsdagen
      De dag van 't laatste oordeel
      Op 't werk ben je gestorven
      Wacht liever niet op Sint Joris
18. Lied der bannelingen

Teksten en liederen

1. Den eerste op de wereld - 'k Gaf kontent - Do kinneke - Inhoud

Den eerste op de wereld was onze lieven heer
Twee, de zon en de maan
Maar den eerste op de wereld was onze lieven heer
Drij, drij koningen, de zon en de maan
Maar den eerste op de wereld was onze lieven heer
Vier, vier evangelisten, drij koningen, de zon en de maan
Maar den eerste op de wereld was onze lieven heer
Vijf, vijf wonden van den heer
Vier evangelisten, drij koningen, de zon en de maan
Maar den eerste op de wereld was onze lieven heer
Zes, zes hanen kraaien in Galilea
Vijf wonden van den heer
Vier evangelisten, drij koningen, de zon en de maan

'k Gaf kontent

'k Gaf content mijnen eerste kreet, op deze draaiende planeet
We lopen, we kruipen, op de gebroken ruiten
Zonder kous of zonder schoen
En den baas heeft niks te doen, heeft niks te doen, heeft niks te doen

Vanaf we zijn geboren op de velden
Wroeten we maar voort en storten zweet en bloed
En al ons verdiensten verdwijnen in de zakken
Van hij, die er niets voor doet
w' Hebben gewroet om op de wereld te geraken
In ons kinderjaren hebben we zwart gezien van den honger

En als we groter werden dan kwam er oorlog
En dan was er weer honger
En kwamen er ziektes, ellende en miserie
En nu, nu dat we oud zijn, nu komt de dood
En dan moeten we ook nog naar d'hel !

Do kinneke do

Do kinneke do, do kinneke do
Alle kindren slapen, doet uw oogskens toe
Om een jaar lang te dromen
Van ne gezonde vader en van rechtvaardige lonen

De vlag omhoog, hoog, de witte vlag, hoog
De witte vlag, hoog, teken van vree, vrede
Slaapt kinneke slaapt g' hebt mijne zegen
Uw moeder is niet hier, z'is onderwege
Onderwege naar de bron van Sint-Anneke
Z' is gaan water halen met haar kanneke
Aan een schoon fontein van zuiver water
Maar ze moet betalen aan de pater

De vlag omhoog, hoog, de zwarte vlag, hoog
De zwarte vlag, hoog, teken van rouw, rouw
Kinneke slaapt, kinneke slaapt
Slaapt kinneke slaapt lijk een gravin
Uw moeder is een koningin,
Uw vader is nen edele graaf
Koningin van d'eerde is uw moeder
De graaf van de lente is uw vader
De vlag omhoog, hoog, de rode vlag, hoog
De rode vlag, hoog, teken van bloed, bloed

2. 's Morgens vroeg gaan d'handen uit de mouwen - Inhoud

's Morgens vroeg gaan d'handen uit de mouwen
's Morgens vroeg gaan we de velden bebouwen
Want dan geven ze brood, dan brengen ze de vrede
Omdat de kindren zouden weten 'Zo is nu het leven !'

Schep moed, druivenplukkers
Laat zien wat uw handen kunnen schragen
Want met al dat niets doen
En dat geloer naar de vrouwen
Gaat de wijnrank straks nog bloemen dragen !

Goeie moed gij plukkers van de druiven
Laat zien hoe da g'uw handen kunt gebruiken
Als ge blijft hangen bij die sjauwelende wijven
Zuld' op de wijnstok gauw de bloemen zien ontluiken !

Op de bevruchte velden

Op de bevruchte velden
Schoffel, schop en 't sap van ons armen
Schoffel en houweel
Want den haan heeft gekraaid !

3. Matthijs roept op Teresa - Inhoud

Matthijs roept op Teresa
Matthijs roept op Teresa
Het zaad zit onder d'eerde
Hoort hize, hoort hier:
Wie ploegt moet blijven ploegen
Wie zwoegt moet blijven zwoegen
Wie sterft moet de doden vervoegen
Hoort hier, hoort hier...

4. Wie gaat er mee aan 't werk - Inhoud

Wie gaat er mee aan 't werk
Wie gaat er mee aan 't werk
Wie gaat er mee aan 't werk
W' hebben een scherpe zeis
En daar gaan wij mee snijden
En daar gaan wij mee snijden
En daar gaan wij mee snijden
W' hebben een scherpe zeis !

5. Ik werk in de groeve - Inhoud

Ik werk in de groeve in Zwartberg in de mijn
Het is niet te geloven wat mijn verdiensten zijn
'k Heb voor een brood nog zeven frank te weinig
Ik kan u niet vertellen wat zweet da 'k er verloor
Mijn hart is van ellende gespleten t' halven door
Mijn ziel is weg ze gaat haar eigen gangen
'k Vervloek de zwarte dag waarop ik mij begaf
Naar dat ellendig oord maar nu heb ik mijn straf
Ter ere van lt profijt zijn ik gebroken

6. Hier zit ik in De weverij - Inhoud

Hier zit ik in de weverij
Tot dat vanavond mijne vrijer mij komt halen
Tot dat hij mij komt halen
Hier zit ik in de weverij
Tot dat vanavond mijne vrijer mij komt halen
Voor mij te brengen naar huis

Hij doet mij naar mijn huizeke
Hij doet mij naar mijn bed om van zoete koek te dromen
Van zoete koek te dromen
Hij doet mij naar mijn huizeke
Hij doet mij naar mijn bed om van zoete koek te dromen
En voor te vrijen met mij

Als 'k het belleke hoor klinken
Ja, dan kriebelt en bibbert mijn bloed
Als 'k mij ene keer zou tromperen
Als 'k mij ene keer zou tromperen
Als 'k het belleke hoor klinken
Ja dan kriebelt en bibbert mijn bloed
Als 'k mij ene keer zou tromperen
dan betaal ik verdomme een boet

Ach lieve jonge mannen zijde tot liefde gezind
Komt dan maar naar de weverij als g'ons nog schoon genoeg vindt
Ziet maar niet naar ons kleuren daar kunnen wij niet aan doen
Da's door dien hete ketel meneer die toch zo zeer kan doen

(Sinte Katelijne) - niet aanwezig op de CD

Voor Sinte Katelijne van de bakkers
Heeft de patroon een feestmaal aangeboden
Heeft de patroon een feestmaal aangeboden
Aan heel de bakkerij, aan al de makkers
Helemaal gratis voor de kameraden
Van aan de soep tot aan de salade
En op het laatste wat kregen we dan ?
Een sigaret per man, per man, per man, per man

Voor Sinte Katelijne van de bakkers
Heeft de patroon een feestmaal aangeboden
Heeft de patroon een feestmaal aangeboden
Aan heel de bakkerij aan al de makkers
En om de feestweek goed te besluiten
Stak er in de omslag met onze duiten
't Onkostenlijstje dat vonden we dan
Een onkostenlijst per man, per man, per man, per man

7. Waar bleeft ge gisteravond mijn kind - Inhoud

Waar bleeft ge gisterenavond mijn kind
Mijne jongen, zo zuiver en fijn
Waar bleeft ge gisterenavond ?

'k Moest werken tot na middernacht
Och moeder, ik voel me zo week
Door zwavel en salpeter is mijn gezicht zo bleek

Wat hebt ge moeten doen, mijn kind
Mijne jongen, zo zuiver en fijn
Wat hebt ge moeten maken ?

Vergif en gas en helse stank
Och moeder, ik voel me zo week
Door zwavel en salpeter is mijn gezicht zo bleek

't Vergif heeft u gekregen, mijn kind
Mijne jongen, zo zuiver en fijn
't Vergif heeft u gekregen

Dan maak ik gauw mijn testament
Och moeder. Ik voel me zo week
Door zwavel en sapeter is mijn gezicht zo bleek

Wat erven uw vrienden, mijn kind
Mijne jongen, zo zuiver zo fijn
Wat erven uw vrienden ?

De weg voor naar 't fabriek te gaan
Och moeder, ik voel me zo week
Door zwavel en salpeter is mijn gezicht zo bleek

8. Margrietje - Inhoud

O Margrietje gij schoon Margrietje
Ik vraag van u maar een plezier
En het plezier da 'k van u zou willen
Is met u slapen maar ene keer

Kom dezen avond om elf uren
Als vader en moeder aan 't dromen zijn
Kom dezen avond om elf uren
Kom binnen lijk de maneschijn

Als 't elf uren was geslagen
De fiere jongeling was present
Hij klopte stillekens op de deuren
En hij zei, doe open voor uwe vent

'k Zijn barrevoets en te lucht gekleed
En ik zijn bang voor de maneschijn
Kom morgenavond om elf uren
Als vader en moeder aan 't dromen zijn

9. Die Mei - Inhoud

La, la, la...
De mei komt aangetreden, de koning der getijden
Die d' harten komt bevrijden van kille winternood
Die d' harten komt bevrijden van kille winternood

Men ziet de rode rozen en koele bloesems bloeien
En zoete beekjes vloeien in lichte zonneglans
En zoete beekjes vloeien in lichte zonneglans

Ik ben gekomen als minnebode
Hier aan uw voeten, gij schoonste aller schonen
En 't is uw minnaar die 't mij heeft geboden
En ik verzoek u, zijn liefde te belonen
Ik ben de bode van uw gezel
'k Breng u zijn groeten, en wie hij is dat weet gij wel

Hier is de lieve lente met duizend nieuwe dingen
Die ons opnieuw doen zingen in 't aardse paradijs
Die ons opnieuw doen zingen in 't aardse paradijs

Uw schoonste kleren

Uw schoonste kleren aan mijn dochter, uw schoonste kleren
Gij moet hier nu vandaan zonder om te keren
Het huis van uw vader gaat ge verlaten
Het huis van de liefde staat langs vreemde straten
En waarom wilt ge niet treuren voor uw moeder en uw vader
Vandaag moet ge verliezen het bloed uit uwen ader

10. Zevenhonderd kettingen - Inhoud
 
En zevenhonderd kettingen van zuiver goud
Hebben ons levenslijn aaneengebonden
Ze zijn zo vastgeknoopt, die kettingen van goud
Dat geen van ons getwee kan los geraken
Zo sterk is die knoop, de knoop van zuiver goud
Dat enkel nog de dood hem los kan maken

Waar zijn de witte lakens

Waar zijn de witte lakens,'t opgemaakt huwelijksbed ?
Waar zijn de witte lakens,'t opgemaakt huwelijksbed ?

Olijven vallen

Olijven vallen, hun blaren verschroeien
Nooit zal jouw schoonheid verdrogen voor mij
Je bent de zee die haar golven doet groeien
Je drijft als wind op het water voorbij

(O, Brusselesse) - Niet aanwezig op de CD

O,Brusselesse, o schoon Brusselesse, o Brusselesse
Ga mee met mij, ga mee met mij, ga mee met mij

Ik zijn gebonden aan 't huwelijksleven, ik zijn gebonden
Ik heb al een man die getrouwd is met mij, getrouwd is met mij

Ik zal u zeggen hoe g' hem kunt vermoorden, ik zal u zeggen
Hoe g' hem kunt vermoorden, dat zeg ik u gauw, dat zeg ik u gauw

'k Gaan in den hof achter 't huis van mijn vader, ja, van mijn vader
'k Gaan in den hof en zoek daar een serpent, zoek daar een serpent

Snijdt af de kop van dat ongedierte, dat ongedierte
En laat hem drogen en maalt hem tot gruis, en maalt hem tot gruis

Ik doen dat gruis in een glazen fleske, een glazen fleske
Een glazen fleske van den beste wijn, van den beste wijn

Komt uwe man u dan drinken te vragen, drinken te vragen Schenkt hem dan een glas van dien beste wijn, dien beste wijn

11. Stalen boor - Inhoud

Ik wil een stalen boor, een boor gaan kopen
'k Wil in uw kamerdeur een gaatje maken
Dan kan ik u vanavond wat rond zien lopen
Met al uw kleren uit, als ge gaat slapen
'k Zijn bang dat uwe glans, uw felle stralen
Mijn ogen gaan verschroeien en verkolen
En laat uw deur maar open, laat ze maar zwaaien
Vanavond als de klokken zullen luiden

Een bootje vol met feest, met feestbanieren
Brengt Venus over zee, brengt ze naar hiere
Dan lachen en dan zingen al d' hemelsferen
Dan trillen alle zeeën, alle meren
Gezegend is de god, die u bewaarde
Die alle schoonheidgaven voor u spaarde
De bloemen aan uw voeten worden verlegen
Uw stem bedwingt het onweer en de regen
La, la, la, la, lala lala, laa

12. Hier zijn we weer tesamen - Inhoud

Hier zijn we weer tesamen, hier zijn we drij on drij
En geeft ons nog een stuiver en nog wat zuip erbij
Hier is de mei, hier is de mei
De mei is weer in 't land
En zie maar aan de venster, daar staat de mei geplant
Hier is de mei, hier is de mei
Bazin geeft ons de sleutel, de sleutel van het vat
De sleutel van de kelder want wij zijn gere zat
Hier is de mei, hier is de mei
Drinkt, drinkt, drinkt allemaal brave mensen

Drinkt tot dat ge d' er zat van wordt
Profiteert er vandaag van en wacht niet tot morgen
Voor u, voor mij, voor hem, voor d' aarde : Santé !! Santé !!

Laat ons dansen

Laat ons dansen, laat ons dansen
Wie kan dansen heeft goei kansen
Wie met dansen ons hart kan stelen
Moet niet zingen moet niet spelen
Eén, twee, drij, hoeveel mannekes zijn er bij ?
G'hebt er vier zo van die platte die daar liggen 'lijk patatten
G'hebt er vier die hun vervelen die daar staan 'lijk schorsenelen
Eén, twee, drij, hoeveel mannekes zijn er bij ?

Leve de bruid !!

13. Oorlogslied  - Inhoud

Uw oren open, onwetende massa
Over de oorlog zing ik voor u een lied
En als je luistert met al je vermogens
Doe ik mijn best en verveel ik je niet

We gingen met vijftien in de rij
Nu zijn er nog maar veertien bij
Zeven spelen de krijgsmuziek
Zeven maken ta-pim, ta-poem, ta-pim, ta-poem...

De soldaat die moet gaan slachten
Kan in 't slijk gaan overnachten
Met een schot van het kanon - bim, boem, bam !

Is 't gedaan met 't bataljon
Als ge sneuvelt zijt g' een lijk
Altijd arm, nooit niet rijk
Van den oorlog eet ge geen brood
Want die doet u alleen maar dood !

Laat ons de oorlog samen verwensen
Hij brengt ellende en waanzin in 't land
Hij slachtte honderden, duizenden mensen
Voor een stuk grond, kleiner nog dan een hand
Donkere bajonetten, kanonnen, vernieling en wee
Om een lap grond te bezetten ga Vlaming, hou zee !

Een granaat, die kan ontploffen
Kan ontploffen aan uw zij
En dan ligt ge te kreperen
Stillekes aan, 'nen dag of drij
In de loopgraaf moet ge kruipen
'Lijk een spin die gaat verzuipen '
t Leven is hard gelijk 'ne steen
Als ge sterft zijt g' alleen

Loopgrachten, grachten vol vervloeking
Hoeveel van ons zijn daarin gekreveerd ?
Laat het nu uit zijn met deze beproeving
Zwijg me van oorlog en velden van eer
O, vlakte van de Ijzer, doordrenkt van der Belgen bloed
Daar kon de Vlaming nog klauwen met leeuwenmoed...

14. Beverlo - Inhoud

Er zijn soldaten uit Beverlo vertrokken
Ze zijn als beesten naar 't front gedreven
Ze zijn als beesten naar 't front gedreven
Naar 't schaamteloos kerkhof van onze jeugd

't Was in de winter, het ijs lag op de vlakte
Mijn beide voeten zijn er bevroren
Mijn beide voeten zijn er bevroren
En 'k werd vervoerd naar het hospitaal

Laat ons feesten om ter meeste, tierelaleire tierelala

Mijn beide voeten heeft men mij afgenomen
Twee houten krukken heb ik gekregen
Twee houten krukken heb ik gekregen
En 'kwerd naar het ouderhuis gestuurd

Men heeft mij ook nog een staatspensioen gegeven
Van een paar centen, te weinig om te leven
Zo word ik nu naar de bedelstaf gedreven
Om niet te kreveren van hongersnood

Ik heb door tal van landen gezworven
En af en toe wat medelij verworven
Maar de patroons voor wier geld ik heb gevochten
Gaven me geen cent toen ik er om vroeg

15. Jonge meisjes - Inhoud

Jonge meisjes aanhoor nu mijn klachten
Luister naar het verhaal van mijn smart
Ik wil alles naar waarheid vertellen
Dan vermindert de pijn in mijn hart

Sinds de dag dat de dood mij beroofde
Van mijn liefde, de bloem van mijn jeugd
Van de trouw, die hij mij vast beloofde
Werd de eenzaamheid mijn grootste deugd

't Was met Pasen dat wij zouden trouwen
Maar het lot heeft mijn vreugde verstoord
Hij was juist drieëndertig geworden
Toen hij pijnlijk aan 't kruis werd vermoord

16. Zoon, adem van mij - Inhoud

Zoon adem van mij
Zoon teven van mij
Ik blijf alleen, adem van mij
Wat moet ik doen, adem van mij ?
Adem van mij, adem van mij
Adem van mij, leven van mij
Adem van mij, leven van mij

Zoete pijn, donker lijden
Wrede dood heeft ons gescheiden
Ik verwar mijn klamme haren
In jouw graf wil ik vergaan
O zoete pijn...
O donker leed...
Hier in jouw graf...
Wil ik vergaan

17. De dag van 't oordeel - Inhoud

De dag van 't oordeel, van 't oordeel van ons allen
Zullen ook d' engelen in d' hemelsferen, trillen en beven
Op 't laatste oordeel, valt goed, en kwaad, zijn loon ten deel

Dan komt een koning

Dan komt een koning voor altijd
Gekleed in onze sterf 'lij kheid
Hij komt van hoog, uit het paradijs
Om op zijn hoge rechterstoel
t' Oordelen in rechtvaardigheid

Denk je nog aan de verkiezingsdagen

Denk je nog aan de verkiezingsdagen
Je gaf je stem aan de machtspartijen
Zonder begrip voor de dag van morgen
En voor de zorgen van d' arbeidsjeugd

De dag van 't laatste oordeel

Op 't laatste oordeel, valt goed, en kwaad, zijn loon ten deel

Op 't werk ben je gestorven

Op 't werk ben je gestorven
Van 't dak ben je gevallen
Verpletterd op de bloedbevlekte stenen
Je hoofd heeft men verborgen
Onder de jas van de patroon die jou vermoordde !
Zo hebben ze je weggegooid

Voor hen was je nog vuilnis zonder waarde

Ze zeggen ons : we zijn gelijken
Dan vraag ik hen : gelijken, maar van wie ?
Gelijken in naam van wie? Gelijken voor 't heil van wie ?

't Is makkelijk voor jullie die alles kunt beredderen
Te zeggen: we zijn gelijken in 't rijk van God
Een god die van uw soort is
Een god die 'k nooit aanvaardde en nooit vereerde

Op 't laatste oordeel, valt goed, en kwaad, zijn loon ten deel

De dag van 't laatste oordeel

De dag van 't laatste oordeel zal Christus ziek zijn en afwezig
Om niet te moeten spuwen op hem die slaaf wou blijven
Die nooit het woord 'verzet' wou schrijven

Vooruit gij volkeren, naar de verlossing
De rode scharen, de rode scharen
Vooruit gij volkeren, naar de verlossing
De rode scharen winnen de strijd

Wacht liever niet op Sint Joris

Wacht liever niet op Sint-Joris ! Waarom ?
Tot hij u komt bevrijden
Wacht maar niet op Sint-Marcus. Waarom ?
Tot hij bevrijdt van lijden

18. Lied der bannelingen - Inhoud

Zij die in Zwartberg vielen, in Marcinelle kreveerden
Zij die in donk're mijnen hun levenskracht verteerden Slachtoffers der fabrieken vernietigd door lood en zwavel Door zuren opgevreten en op het stort gesmeten !
Zij die op zee verzopen, in 't zoute water zonken
Zij die het leven lieten, onder de druk der bazen
Mannen waarvan de vrouwen zwarte sluiers droegen
Zij die hun lot vervloekten en om verlichting vroegen

Op 't laatste oordeel, valt goed, en kwaad, zijn loon ten deel

Omdat wij de miserie van onze hoofden weerden
Zijn wij door alle landen voorgoed verbannen !
Wij zijn thuis op de hele wereld
Onze wet is de vrijheidsdrang
In onze harten, in onze harten, leeft een rebellenzang.

Maar eens keren wij weer, wij bannelingen
Om 't vals gezongen welvaartslied juister te zingen
Wij zijn thuis op de hele wereld
Onze wet is de vrijheidsdrang
In onze harten, in onze harten, leeft een rebellenzang

Top