Paul Verlaine - Vrij Werk

Hombres   8/15

 

                Een beetje s...

  Fr 

Een beetje stront een beetje kaas
Met liefde voor het likken
Zijn zij meestal een soelaas
Geen mond of neus mee af te schrikken.

Geur van kont mijner beminden
Is alsof ik appelcider proef
Om fris en gaaf terug te vinden
In het klamme van de groef.  

Mijn tong door niets bedwongen
Gaat in zachte rosse haren
Door schaamte niet verdrongen
Stijf de sterkste smaken garen

Dan de bilnaad om te likken
en de ballen, maar dan traag
zich rond de pik te wikken
tot de eikelvoet, ja graag.

En gretig is haar zoektocht 
Naar de tut om voor te sterven,
Evenals naar piemelvocht,
Gestremde melk op liefdeserven.  

Dan komt na doorleefde kussen
Op 't kanaal waaruit men plast,
Druk doend en niet te sussen,
In de mond, de trotse kwast,

Waaruit het geil gaat stromen,
Ingeslikt, ben ik door olie geconfijt,
Kan zonder weerga lust bekomen,
Door die zegening bereidt.  

  

01-05-2008 © Acefale
Dolle Mol - 14 november 2007