Paul Verlaine - Vrij Werk

Vrouwen 9/19

 

    Vas Unguentatum

  Fr 

Bewonder deze donkere gaping
En het witte rozig spoor
Van toen ik binnenging
In 't paradijs van Moor.

Bekijk met kunstige voldoening,
En mijn blik wat uitgeblust
Van alledaagse hunkering,
Die weelderige show van levenslust,

Geborgen in een pluchen doosje 
Koperrood van 't reflecteren
Bijensliert rondom een roosje
Deze edelsteen, als god te eren

Trillend van het sap en leven
Als het minnaars toppunt nadert
Worden geuren vrijgegeven,
Alles wordt erdoor omkaderd 

Sla het gade neem wat rust
Om dan opnieuw te minnen,
Als altijd die steen van lust,
Robijnen lach, de bloem van zinnen,

Kleine broertje, weggedoken
Erg gesteld op al dit graaien
door z'n broer nog nooit bestolen,
beiden hijgend, niet te paaien ...


Stil nu want je stikt van dorst.
Ook hem dient men te blussen,
Billen, buik, je been en borst,
Wie kan nog stoppen ze te kussen?

Neen! de roes spant weer z’n boog,
En doet mij weer beminnen,
Want mijn vlees komt prompt omhoog ...
Aan slag, we gaan opnieuw beginnen!  

  

01-05-2008 © Acefale
Dolle Mol - 12 December 2007